Aangepaste papierformaten opgeven
Voor het afdrukken op aangepaste papierformaten definieert u de aangepaste breedte en lengte van het papier in de software van de printerdriver en op het bedieningspaneel van de printer. Zorg er bij het instellen van het papierformaat voor dat u hetzelfde formaat invoert als het papier dat in de lade is geplaatst. Als u het verkeerde formaat instelt, kan er een printerfout optreden. De instellingen van het printerdrivers hebben prioriteit boven de instellingen van het bedieningspaneel wanneer u afdrukt met de software van de printerdriver op uw computer.