Een set veelgebruikte afdrukopties opslaan voor Windows
U kunt een set opties definiëren en opslaan, zodat u deze kunt toepassen op toekomstige afdrukopdrachten. Nadat u een set afdrukopties hebt opgeslagen, zijn ze beschikbaar voor selectie in de lijst Opslagen instellingen of Voorinstellingen, of in het gedeelte 1-Touch indien beschikbaar.
Een set afdrukopties opslaan:
1. Open het document in uw applicatie en klik op Bestand > Druk af.
2. Als u het venster Voorkeursinstellingen voor afdrukken wilt openen, selecteert u de printer en klikt u vervolgens op Eigenschappen of Voorkeuren.
3. Klik in het venster Voorkeursinstellingen voor afdrukken op de tabbladen en selecteer vervolgens de gewenste opties.
4. Klik in het venster Voorkeursinstellingen voor afdrukken op Opgeslagen instellingen of Voorinstellingen en klik vervolgens op Opslaan als.
5. Typ een naam voor de opgeslagen instelling of voorinstelling, en kies vervolgens vooringestelde opties indien beschikbaar:
• Kies een pictogram voor de voorinstelling.
• Als u de voorinstelling wilt inschakelen als 1-Touch, selecteert u Voorinstelling 1-Touch.
• Als u de voorinstelling wilt gebruiken in alle printerdrivers, selecteert u Deze voorinstelling in alle drivers tonen.
6. Klik op OK.
7. Afdrukken met deze instellingen:
• Selecteer de naam van de voorinstelling in de lijst Opgeslagen instellingen of Voorinstellingen.
• Voor een voorinstelling 1-Touch klikt u op 1-Touch en selecteert u de gewenste voorinstelling 1-Touch.